Lydia Rood – Indringers op Drakeneiland (1e recensie)
In de Roversbaai gaat een poenig zeiljacht voor anker, met acht rijke pubers aan boord. Ze hebben dure spullen die op Drakeneiland verboden zijn, zoals computerspelletjes, telefoons en vliegschermen. Stiekem benijdt Jeroen de indringers om al die spullen. Gelukkig heeft hij, de Koddebeier, de taak de indringers weg te sturen. Drakeneiland is van de Drakeneilanders! Maar de pubers lachen om hem. Ze veroveren het eiland zelfs.
Over het verhaal
‘Check this out!’
De heldere stem leek uit de baai tegen de rotswand op te klimmen. Jeroen remde en slipte. Wie was daar beneden? Zwemmen in de Roversbaai bij vloed was verboden. Hij zou iemand kunnen aanhouden. Leuk! Dat zou hij elke dag wel willen. De meeste kinderen op Drakeneiland gedroegen zich veel te netjes. Niks aan voor een Koddebeier. (blz. 9)
Jeroen is een van de kinderen die op dit moment op Drakeneiland wonen. Er zijn geen volwassenen aanwezig. De kinderen zijn hier voor straf naar toegestuurd. Alle kinderen krijgen een taak toegewezen. Jeroen is de Koddebeier, de politieagent. Jeroen fietst in zijn eentje over het eiland als hij opeens een stem hoort, een onbekende stem. Als hij voorzichtig op zoek gaat ziet hij dat er een grote zeilboot in de baai ligt. En op die boot ziet hij kinderen. Wat komen ze hier doen? Dit is hun eiland niet. Jeroen besluit naar de boot te gaan om hen te vertellen dat ze weg moeten gaan.
‘Koppen dicht!’ Ze zwegen inderdaad, maar met opgetrokken wenkbrauwen en krullende mondhoeken. Rijke stinkers bekijken een inktvis. Ze waren met z’n achten, en allemaal ouder dan hij. Dure waterdichte horloges om. Een droeg een duikpak en een snorkel. Onder de indruk waren ze geen van allen.
‘Ik ben de baas hier.’ Dat was niet precies wat hij wilde zeggen. Maar wat was ‘koddebeier’ in het Engels? ‘Jullie zijn op verboden terrein.’ (blz. 17)
De kinderen luisteren niet naar hem en springen het water in om de grotten te onderzoeken. Jeroen is boos. Waarom luisteren ze niet naar hem? Hij gaat terug naar het dorp. Daar vertelt hij aan een paar andere kinderen over de zeilboot. Met een groepje gaan ze naar de baai om de kinderen met de boot nog een keer te vertellen dat ze weg moeten gaan.
Ze rondden de laatste rotspartij en voeren de Roversbaai in.
Geen schip. De rijke stinkers waren weg.
Jonathan nam gas terug en zette toen de motor helemaal uit. Even bleef het stil op de twee boten.
Toen riep Gerrit uit de roeiboot: ‘Hé, Jeroen, waar blijf je nou met je jacht?’
Jeroen liet zijn handpalmen zien.
‘Ze zijn zeker bang geworden,’ zei hij toen luid. ‘Ik had ze gezegd dat ze moesten oprotten.’
‘Mompes!’ Hein leek van ontzag vervuld. Jeroen mocht dat jochie wel. (blz. 27)
Maar de kinderen met de zeilboot zijn helemaal niet weg. Ze zijn naar een andere plek bij het eiland gevaren en zijn het eiland gaan verkennen. Inmiddels zijn ze in het dorp aangekomen. Ze doen alsof het allemaal van hun is. Ze pakken eten, drinken en maken er een zooitje van.
Dat gevloek, en de regen, en die rotzooi overal, en de stank van bier, en de vuile kussens, en die jankmuziek – dat alles maakte Jeroen nog kwader dan hij al was. Hun Drakeneiland, hun gezellige, goed geregelde Drakeneiland, leek in één klap verdwenen. Hij moest iets doen! Op zijn eigen manier! (blz. 68)
Jeroen wordt boos, ontzettend boos. Hij begint een van de jongens te slaan. Iedereen schrikt en er zijn meerdere kinderen voor nodig om Jeroen te laten stoppen. Hij voelt zich moe en nog steeds boos. En nu is iedereen boos op hem.
Jeroen wenste even dat het nog gisteren was. Tot gisteren had hij het enorm naar zijn zin gehad op Drakeneiland. Al viel er soms niet genoeg te arresteren, hij werd toch vaak bij akkefietjes gehaald. De andere kinderen voelden zich veilig in zijn buurt, luisterden naar zijn oordeel, vertrouwden hem, leunden op hem zelfs.
En nu had een driftbui voor de tweede keer in zijn leven alles verpest. En toch had hij gelijk. Die indringers hadden nergens respect voor. Ze verstoorden alles. (blz. 76)
Wat gaat Jeroen nu doen? Zullen de kinderen met hun zeilboot toch nog weggejaagd worden van Drakeneiland, of blijven ze en doen ze of het hele eiland van hun is? Wat zal er met Drakeneiland gebeuren?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★★★☆ – goed
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Via twitter las ik enthousiaste berichten van schrijfster Lydia Rood over het Drakeneiland-kamp. Deze kampen zijn gebaseerd op de boeken over Drakeneiland. Hierdoor werd ik nieuwsgierig naar de boeken
Welke steekwoorden passen bij het boek? (bijvoorbeeld grappig, spannend, saai)
Spannend, zielig
Hoe kom je aan het boek? (bijvoorbeeld van jezelf, van iemand anders, van de bieb)
Geleend bij de bieb
Zitten er plaatjes in het boek? Zijn ze belangrijk voor het verhaal of is het meer versiering?
Ja
Wat vind je leuk aan het boek? Je kunt bijvoorbeeld een voorbeeld geven van een leuk stukje uit het boek
Het is een spannend verhaal en het is leuk om te lezen hoe kinderen zich redden zonder volwassenen erbij
Wat vind je niet leuk aan het boek?
Geen idee
Wat vond je van de hoofdpersonen in het boek?
Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van Jeroen. Op sommige momenten komt Jeroen over als een vervelende jongen, maar op andere momenten neemt hij goede beslissingen.
Wat wil je nog meer vertellen over het boek?
Geen idee
Is het boek moeilijk of gemakkelijk om te lezen?
Gemakkelijk
Zitten er veel moeilijke woorden in het boek?
Niet heel veel, maar er komen wel lastige woorden in het verhaal voor, bijvoorbeeld ‘akkefietje’ (betekent: zaakje, probleempje)
Wil je het boek nog een keer lezen?
Nee, maar wel de andere boeken uit de serie
Aan wie zou je dit boek aanraden? (bijvoorbeeld kinderen van jouw leeftijd, jonger, ouder, jongens, meisjes)
Aan kinderen vanaf 10 jaar die houden van spannende boeken en het leuk vinden om te lezen over hoe kinderen leven zonder volwassenen in hun omgeving