Reggie Naus – Zwaarden en zweefmolens (1e recensie)
Naast Michiel woont een piratenfamilie. Michiel vindt dat erg spannend. Hij merkt dat ze heimwee krijgen naar de zee, maar hij wil niet dat ze weg gaan. Daarom bedenkt hij een plan: hij neemt ze mee naar het pretpark Piratenpark. De piraten vinden de attracties best leuk, maar opa Donderbus is misschien wel een beetje te enthousiast.
Over het verhaal
Michiel stond op het dak van zijn buren en keek uit over de Geraniumstraat. Het was een nette buurt waar alle huizen er hetzelfde uitzagen. Keurig in een rij, met een grasveldje en een bloemperk voor iedere voordeur.
Er was maar één huis in de straat dat er anders uitzag, en dat was het huis waar hij bovenop stond. Het was gebouwd van stukken van oude schepen, met heel veel touwen, ladders en loopplanken. Om het vreemde bouwsel was een gracht. En op de uitkijktoren wapperde een piratenvlag in de wind die vanaf zee over de Geraniumstraat blies. (blz. 1)
Michiel vind het hartstikke leuk dat er naast hem een piratenfamilie woont. Vroeger was het namelijk heel saai in de straat en had hij geen vriendjes. Nu speelt hij vaak bij Billy. De vader van Billy heeft heimwee, heimwee naar zee. Billy vertelt aan Michiel dat hij denkt dat ze misschien binnenkort weer zullen vertrekken. Daar schrikt Michiel van. Dat zou hij vreselijk vinden! Hij moet een plan bedenken…
Het was na een lange dag van nadenken dat hij na het eten zuchtend op de bank plofte en de tv aanzette. Verveeld zapte hij door de kanalen tot hij opeens een wapperende piratenvlag zag. Even wachtte hij. Het was waarschijnlijk gewoon een of andere piratenfilm. Waarom zou je naar zo’n film kijken als er een paar meter verderop echte piraten woonden?
‘Wil jij het leven leiden van een echte piraat?’ vroeg een stem op tv. Michiel ging rechtop zitten. Hij zag beelden van schepen, schatkisten en piraten die vrolijk met wapens zwaaiden. (Hoofdstuk 3, blz. 1)
Er is een piratenpretpark. Daar moeten de piraten heen, dan hebben ze vast geen heimwee meer. Michiel regelt met zijn ouders dat hij een dagje met de piraten naar het pretpark mag. Ze gaan met de bus. De piraten zijn het niet gewend om met de bus te reizen. Opa is de hele tijd hard aan het zingen. De buschauffeur heeft er genoeg van.
Opeens kwam de bus met een schok tot stilstand.
‘En nu is het genoeg!’ riep de chauffeur. ‘Eruit!’
‘Daar heb je die chagerijnige zeespons weer,’ mompelde de kapitein.
De chauffeur opende de deur. ‘Hup!’ Eruit!’
Michiel stond met een rood gezicht op en liep door het gangpad naar de deur. Hij schaamde zich dood en probeerde de blikken van de andere passagiers te ontwijken. Achter hem stonden de piraten ook op en kwamen achter hem aan.
Toen de bus weer wegreed, stonden Michiel en de piraten in de berm.
‘Ik vind het maar een raar iets, zo’n busreis,’ zei Billy. ‘Is het normaal dat je het laatste stuk zou moeten lopen?’ (Hoofdstuk 4, blz. 4)
De piraten vinden het geweldig in het pretpark. De grote schipschommel, waar iedereen misselijk van wordt, vinden zij heerlijk. Het doet hen denken aan een storm op zee. In een van de attracties begint opa opeens gek te doen. Hij denkt dat hij een piratenkoning is en hij heeft iemand ontvoerd…
Opa was aan boord van het schip geklommen en stond nu op het dek met zijn zwaard te zwaaien. Zijn gevangene was druk bezig opa’s bevelen op te volgen, terwijl opa een woest lied begon te zingen, over hoe fijn het was om piratenkoning te zijn.
‘Je kunt zeggen wat je wilt,’ zei Billy, ‘maar opa is een echte piraat. Zo worden ze niet meer gemaakt.’ Hij staarde naar het schip. ‘Gek eigenlijk,’ zei hij zacht. ‘Ik vond opa altijd… nou ja, een opa. Een oude man. Alsof hij altijd zo geweest is. Het is een raar idee dat hij ooit een jonge piraat was.’ (Hoofdstuk 10, blz. 1)
De mensen van het pretpark zijn boos. De politie komt erbij, maar het lukt ze niet om opa ervan te overtuigen dat hij de meneer moet laten gaan. De vader en moeder van Billy bedenken een plan om opa uit het pretpark te krijgen. Zal dat lukken om opa weer rustig te krijgen? Blijven de piraten naast Michiel wonen? En mogen ze eigenlijk nog wel terug komen in het pretpark?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★★★☆ – goed
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant. Ik vond de tekst op de achterkant leuk
Welke steekwoorden passen bij het boek?
Spannend, avontuurlijk, zielig
Hoe kom je aan het boek?
Dit boek was een van de e-boeken die in de zomervakantie in de Vakantiebieb-app van de bibliotheek te lezen was
Zitten er plaatjes (illustraties) in het boek?
Ja
Waarvoor worden de plaatjes gebruikt?
Om iets uit het verhaal duidelijker te maken. Als versiering
Wat vind je van de plaatjes? Passen ze bij het verhaal?
Het zijn hele vrolijke plaatjes en de piraten lijken levensecht
Wat vind je leuk aan het boek? Je kunt bijvoorbeeld een leuk stukje uit het boek overtypen
Hierboven staan leuke stukjes uit het boek
Wat vind je niet leuk aan het boek?
Geen idee
Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
De piraten. Ik wil graag zien hoe hun huis er uitziet en hun verhalen horen over het piratenleven
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Nee
Is het boek moeilijk of gemakkelijk om te lezen?
Gemiddeld
Zitten er moeilijke woorden in het boek?
Nee
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen
Aan wie zou je dit boek aanraden? (bijvoorbeeld kinderen van jouw leeftijd, jonger, ouder, jongens, meisjes)
Aan kinderen vanaf 8 jaar die ook wel naast een piratenfamilie zouden willen wonen, of van piratenverhalen houden