Karine Jekel – Rover en Broertje (1e recensie)

Rover en Broertje is het verrassende verhaal over Robin en Bram: twee stoere broertjes van wie de ouders opeens zijn verdwenen. Daardoor moeten de broers het ineens met zijn tweeën zien te rooien. En dat valt nog niet mee! Ze besluiten om te gaan roven. Robin noemt zichzelf voortaan Rover en Bram noemt hij Broertje. Het roven gaat een tijdje goed, totdat de politie eraan te pas komt. Uiteindelijk missen de jongens hun ouders toch te erg en besluiten ze om hen te gaan zoeken.

Over het verhaal
‘Hoe laat is het?’ vroeg Bram toen het donker begon te worden.
‘Acht uur.’
Het bleef een tijdje stil. Robin keek naar de secondewijzer die tikkend versprong.
‘Dan is het al lang etenstijd geweest, toch?’
‘Ja…’ Robin wist niet wat hij moest zeggen om zijn broertje gerust te stellen. ‘Misschien moeten we zelf eten klaarmaken,’ opperde hij.
Op het aanrecht vonden ze een pan, halfvol met kippensoep van de vorige avond. Bram greep een ongewassen lepen en nam een grote hap.
Hij rilde. ‘Bah, koud!’
‘Ja, natuurlijk, oen.’ Robin duwde hem aan de kant en trok een la open, op zoek naar lucifers. ‘En je mag niet zomaar uit de pan eten,’ zei hij met zijn wijsvinger hoog in de lucht gestoken. Als oudste van de twee moest hij streng zijn, bedacht Robin. Opnieuw gaf hij Bram een zetje. ‘Je staat voor het fornuis. Ga de tafel dekken.’ Hij wapperde met zijn hand in de richting van de kleine houten eettafel die vlak voor het aanrecht stond. Bram maakte zich gauw uit de voeten. (blz. 5)
De vader en moeder van Bram en Robin zijn altijd aan het einde van de middag weer thuis. Dan eten ze gezamenlijk en daarna spelen ze spelletjes. Maar vandaag zijn ze er niet en het is allang etenstijd. Ze eten samen lauwe soep en gaan uiteindelijk maar naar bed. Misschien dat ze er dan morgenochtend weer zijn. De volgende morgen zijn ze nog steeds met z’n tweetjes. Robin weet niet hoe hij voor zichzelf en zijn broertje moet zorgen. Hij gaat in het bos wandelen om na te denken.
Hij wandelde en dacht na, totdat zijn gedachten plotseling onderbroken werden. Hij was net de bocht omgegaan. Een paar meter verderop kwam een vrouw uit een zijpad. Ze droeg een glimmend handtasje over haar rechterschouder. Zonder nog verder te mijmeren over de manier waarop hij voor zichzelf en Bram zou kunnen zorgen, rende hij op de vrouw af, griste het tasje van haar schouder en rende als een haas terug naar waar hij vandaan kwam. De dame riep nog iets, maar dat verstond hij niet.
Robin stormde verder het bos door. Hij rende zelfs harder dan hij normaal deed in de hardloopwedstrijden met zijn vader. Links, rechts, links, en weer rechts. Joelend denderde hij hun huisje binnen en vloog door naar de slaapkamer. De tas liet hij rondjes slingeren boven zijn hoofd.
‘O, sliep je nog?’ Robin stond midden in zijn beweging stil.
Bram zat stijf rechtop in bed. De dunne stof van zijn pyjama bewoog mee met het bonzen van zijn hart. Nog voordat hij antwoord had kunnen geven, zwaaide Robin het tasje weer rond, vlak langs zijn hoofd. (blz. 9)
De volgende dag gaat Robin weer roven. Hij noemt zichzelf nu Rover en zijn broertje Bram heet nu Broertje. Broertje vind het niet leuk dat zijn broer Rover is geworden en mensen beroofd. Hij schaamt zich voor zijn broer. Maar na een paar dagen wordt hij nieuwsgierig en gaat hij met Rover mee op pad.
De hele dag gingen ze samen verder. Broertje roofde alles wat hij te pakken kon krijgen. Hij zat onder de schrammen en de zakken van zijn broek en vest puilden uit. Over zijn schouder hingen een paar tassen. Ondertussen hielp hij Rover de plattegrond verder af te maken. ‘Vind je het niet leuk meer?’ vroeg hij aan het eind van de middag. Zijn broer zag er sip uit. Hoe meer plezier Broertje in het roven kreeg, hoe stiller Rover werd.
‘Ik heb er gewoon niet zo’n lol meer in. Zullen we naar huis gaan? Ik heb honger.’
Broertje wreef over zijn rommelende buik. ‘Vooruit.’ (blz. 36)
Rover gaat bij de supermarkt eten halen, maar als hij wil betalen wordt hij herkend door vrouwen die door hem beroofd zijn. De politie wordt erbij gehaald en Rover komt in de gevangenis. Dat was niet de bedoeling! Nu is Broertje alleen thuis. Gelukkig mag Rover weer naar huis als hij alles wat hij heeft geroofd naar het politiebureau komt brengen. Dat doet hij en daarna besluiten Rover en Broertje weg te gaan uit het dorp waar ze wonen. Rover had nog wat van de buit verstopt in huis en dat nemen ze mee. Ze willen naar hun vakantiehuisje, ergens bij zee. Ze weten eigenlijk niet zo goed waar ze naartoe moeten, maar Rover doet alsof hij de weg weet. Onderweg krijgen ze een lift van een vrachtwagenchauffeur. Maar als Broertje is ingestapt met de tas met de buit rijdt de vrachtwagen weg en staat Rover nog op de parkeerplaats. Wat gaat er met Broertje gebeuren?
Klappertandend stond hij aan de kant van de weg. Hij sloeg zijn armen om zichzelf heen. Nu pas drong tot hem door hoe eng hij het ritje in de vrachtwagen had gevonden. Als zijn moeder eens wist dat hij zomaar uit zichzelf ingestapt was… Broertje wilde zich niet voorstellen hoe boos ze dan zou worden.
Bang in het donker was hij nooit geweest, maar nu hij hier zo naast de autoweg stond en het steeds meer ging schemeren, voelde hij zich toch niet bepaald op zijn gemak. Tijdens het rijden had hij goed op de omgeving gelet. Het leek alsof ze om het bos heen reden. De weg terug moest hij makkelijk kunnen vinden.
Broertje begon te rennen. Eerst rustig, maar algauw alsof hij zich uit de voeten maakte na een roofactie. Steeds als er een auto aankwam, dook hij de bosjes in. Hij had genoeg beleefd voor vandaag en wilde niet ook nog eens aangereden worden.
‘Rover!’ schreeuwde hij toen hij in de buurt kwam van hun liftplaats.
‘Rover!’ Aan één stuk door riep hij de naam van zijn broer.
‘Rover?’ Het laatste stuk had hij op zijn allerhardst gelopen en geroepen. Nu stond hij stil en kon hij alleen nog maar ‘Rover?’ fluisteren.
Hij liet zich neervallen op een zanderig stukje bospad. Geen Rover. Het klappertanden begon weer. Het was hier koud, donker en verlaten, en hij had dorst. Hoe vaak hij Rovers naam ook fluisterde, er was geen spoor van hem te bekennen. Zou hij in zijn eentje verder gelift zijn? Of zou er iets met hem gebeurd zijn? (blz. 110)
Vinden Rover en Broertje elkaar weer terug? Zullen ze hun vakantiehuisje vinden? Waar zijn hun vader en moeder? Zullen ze die ooit weer terug zien?
Voorleesfragment
Bij dit boek is een voorleesfragment gemaakt. Klik op het plaatje hieronder om het begin van het boek te horen.Of klik hier om naar mijn YouTube-kanaal te gaan.
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★★★☆ – goed
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant. Ik vond de tekst op de achterkant leuk
Welke steekwoorden passen bij het boek?
zielig, spannend verrassend, grappig
Hoe kom je aan het boek?
Ik heb het boek van de uitgeverij gekregen om er een recensie over te schrijven
Zitten er plaatjes (illustraties) in het boek?
Ja
Waarvoor worden de plaatjes gebruikt?
Om iets uit het verhaal duidelijker te maken
Wat vind je van de plaatjes? Passen ze bij het verhaal?
De plaatjes zijn erg leuk. Ze laten goed zien hoe Rover en Broertje zich voelen en wat ze doen. Hieronder zie je bijvoorbeeld hoe Rover (links) en Broertje hun zelf warm gemaakte soep vinden

Wat vind je leuk aan het boek? Je kunt bijvoorbeeld een leuk stukje uit het boek overtypen
Het is een verhaal dat heel zielig begint, maar de broertje gaan niet zielig thuis zitten. Ze gaan voor zichzelf zorgen. Ze proberen ook hun vader en moeder te vinden. Het verhaal wordt ook nog behoorlijk spannend…
Wat vind je niet leuk aan het boek?
Dat ik het zo snel uit had
Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
Nee
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Ik ben wel benieuwd naar meer avonturen van Rover en Broertje
Is het boek moeilijk of gemakkelijk om te lezen?
Gemakkelijk
Zitten er moeilijke woorden in het boek?
Nee
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ja, ik wil het boek nog een keer lezen
Aan wie zou je dit boek aanraden? (bijvoorbeeld kinderen van jouw leeftijd, jonger, ouder, jongens, meisjes)
Aan iedereen vanaf een jaar of acht