Margaretha van Andel – De bende van Adlan (1e recensie)
Over het verhaal
Op de helling van de oude grijze berg lopen drie jongens. Ze volgen een kronkelend ezelspad, dat hen steeds hoger leidt. Het pad wordt niet vaak gebruikt. Er liggen veel stenen en aan weerszijden staan struiken met lange, scherpe takken. De takken hangen alle kanten op, de jongens moeten ze steeds opzij duwen om verder te kunnen.
Het is nacht, maar helemaal donker is het niet. De maan is bijna vol en schijnt helder. Eromheen schitteren duizenden sterren. Toch moeten Adlan, Emmet en Ram goed opletten waar ze hun voeten neerzetten. Ze vorderen maar langzaam.
‘Dit is de splitsing,’ zegt Adlan, die voorop loopt. Hij houdt zijn pas in en draait zich om. ‘Hier moet je alleen verder, Emmet.’ Hij wijst naar een nog smaller spoor, dat links van het pad steil naar boven loopt. ‘Als je dit volgt, vind je de Grot van de Geest. Je ziet hem vanzelf. Ram en ik zullen hier op je wachten.’
Emmet kijkt omhoog. Het is alsof zijn buik ineens vol strakke elastieken zit die elk moment kunnen knappen. De Grot van de Geest is de griezeligste plek die er bestaat. En hij moet erin. Alleen. (blz. 5)
Emmet woont samen met zijn zusje en zijn ouders in Vijftop, een dorpje hoog in het Himalayagebergte. Zijn vrienden hebben een bende opgericht om mensen te helpen die in de bergen wandelen of wonen. Een soort reddingsbrigade. Om daarvan lid te worden moet Emmet proeven doen. Dit is zijn laatste proef: een nacht in de Grot van de Geest doorbrengen. Het is heel donker in de grot, en het verhaal gaat dat er een geest woont, een kwade geest. Emmet hoort allerlei geluiden, maar dat blijkt het geluid van ritselende bladeren te zijn, maar dan…
Hevig geschrokken springt hij overeind. De deken valt van zijn schouders. Nee, dit is geen vogel. Dat weet hij plotseling zeker.
Opnieuw het schuifelende geluid, luider deze keer. Dichterbij ook.
Dit is ‘m echt, schiet het door hem heen. De djinn. En hij komt op me af.
Ondanks de kou begint hij te zweten. Daar… daar is het weer. En dat niet alleen. Even is het alsof hij een paar lichtjes ziet, spookachtig bewegend in de duisternis.
Nog een tel blijft hij staan, maar dan wordt de dreiging die hij voelt te groot. Met een schreeuw komt hij in beweging. Weg moet hij, weg van deze levensgevaarlijke plek! Zo snel hij kan, stommelt hij in de richting van het stukje sterrenhemel.
Half struikelend bereikt hij de uitgang. Naar beneden! Er is geen tijd te verliezen.
Met trillende benen begint hij aan de afdaling voer het smalle kronkelpad. De maan schijnt nog steeds. Het is nog altijd nacht. (blz. 15)
Emmet heeft de proef niet gehaald. Hij mag dus niet bij de bende van Adlan. Hij praat erover met Indra, zijn buurmeisje. Zij zit al bij de bende van Adlan, maar als Emmet vertelt over de geluiden die hij heeft gehoord in de grot vertelt ze dat zij dat geschuifel niet heeft gehoord, alleen maar geritsel van bladeren. Zou Emmet toch de geest gehoord hebben?
Op een dag mag Emmet zijn vader helpen. Die is gids voor twee Nederlandse wetenschappers. Zij doen onderzoek naar giftige slangen. De vader van Emmet heet Kees, komt uit Nederland, maar woont al heel lang in Vijftop. Hij kan de wetenschappers dus goed rondleiden. Ze gaan naar de ruïne van een klooster op de berg. Als Emmet hun helpt om slangen te vinden ziet hij opeens de bende van Adlan lopen. Ze gaan naar de Grot van de Geest. Emmet gaat hen stiekem achterna, want hij heeft nog steeds het gevoel dat er iets gevaarlijks is met die grot.
Emmet huivert. Zijn bezwete shirt plakt kil tegen zijn rug.
De dreiging neemt toe. Hij weet het nu zeker – als ze hier blijven, gebeurt er iets verschrikkelijks. Moeizaam haalt hij adem. Het is alsof er een dik touw om zijn borst zit, dat steeds strakker wordt aangehaald.
Hij kijkt naar het kleine stukje blauwe hemel en kan nog maar één ding denken: We moeten weg, we moeten weg. Nu!
Paniekerig kijkt hij om zich heen.
Plotseling is het alsof er een stem klinkt in zijn hoofd. Emmet! Het klopt wat je voelt. Stuur iedereen naar buiten. Jullie lopen gevaar. Wees snel.’
Emmets hart slaat een roffel. Dat was Adlan! Maar dat kan helemaal niet. Adlan ligt in het ziekenhuis.
Verbijsterd kijkt hij rond. De anderen… hebben die het ook gehoord?
Maar niemand beweegt. Allemaal zitten ze nog net zoals eerst.
Schiet op, Emmet. Je hebt niet veel tijd meer.’ Opnieuw die stem. Een stem die hij blijkbaar als enige kan horen. Emmet aarzelt niet langer. Met een snelle beweging komt hij overeind. ‘Er is hier iets,’ zegt hij op een fluistertoon. ‘Ik weet niet wat het is, maar ik voel het. Iets heel gevaarlijks. We moeten weg.’
Er klinkt verbaasd gemompel.
Dan, tot zijn opluchting, ziet hij dat ze allemaal opstaan.
‘Snel,’ zegt hij. ‘De grot uit.’
‘Maar ik heb niks geks gehoord,’ protesteert Indra zachtjes.
Emmet kijkt haar aan en aarzelt even. Hij kan moeilijk zeggen dat Adlan hem gewaarschuwd heeft. Als hij dat doet, verklaren ze hem vast voor gek.
Hij schudt zijn hoofd. ‘Ik ook niet. Maar toch is er iets mis.’ (blz. 97)
Zullen zijn vrienden naar hem luisteren? Wat is er toch met deze grot aan de hand?
Voorleesfragment
Bij dit boek is een voorleesfragment gemaakt. Klik op het plaatje hieronder om het begin van het boek te horen.Of klik hier om naar mijn YouTube-kanaal te gaan.
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★★★☆ – goed
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk
Welke steekwoorden passen bij het boek?
avontuurlijk, geheimzinnig, spannend, verrassend
Hoe kom je aan het boek?
gekregen van de uitgeverij om er een recensie over te schrijven
Zitten er plaatjes (illustraties) in het boek?
Ja
Heb je net ‘ja’ ingevuld? Waarvoor worden de plaatjes gebruikt?
Om iets uit het verhaal duidelijker te maken
Wat vind je van de plaatjes? Passen ze bij de tekst?
De illustraties van Mark Janssen passen goed bij het verhaal. Ze laten vooral de spannende momenten zien en aan de gezichtsuitdrukkingen van de personen kun je goed zien hoe ze zich voelen
Wat vind je leuk aan het boek?
Het is een spannend verhaal met een verrassend einde
Wat vind je niet leuk aan het boek?
Niet alles wordt duidelijk uitgelegd. Zo ben ik erg nieuwsgierig waarom de vader van Emmet in India is gaan wonen.
Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
De bende van Adlan, dan wil ik de ruïne van het klooster zien. De grot lijkt mij veel te eng…
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Ik ben benieuwd of er een vervolg op dit boek komt, want volgens mij beleeft de bende van Adlan veel meer avonturen. En er zijn nog wel wat vragen waar ik een antwoord op wil hebben…
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Zitten er moeilijke woorden in het boek?
Ja
Heb je net ‘ja’ ingevuld? Kun je dan een voorbeeld geven van moeilijke woorden? Wat heb je gedaan toen je deze woorden tegenkwam?
Woorden zoals weerszijden, djinn, nap
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen, Ik wil het volgende boek uit deze serie lezen
Aan wie zou je dit boek aanraden?
Aan kinderen vanaf 8 jaar