Cornelia Funke – De spokenjagers (1e recensie)
Over het verhaal
De dag waarop het hele gedoe begon was echt zo’n rotdag waarop alles fout gaat.
Toen Tom ‘s ochtends zijn broek aan wilde trekken, bleek zijn lieve zus de pijpen aan elkaar te hebben geknoopt. Nadat hij slaperig de badkamer in was gesjokt, kneep hij de gezichtscrème van zijn moeder op zijn tandenborstel. En in de keuken knalde hij met zijn hoofd tegen een open kastdeurtje. Eigenlijk was dat alweer genoeg voor een hele dag. En Tom had nog niet eens ontbeten.
Tom had vaak van zulke dagen. Zulke struikel-stoot-alles-gaat-misdagen. In elk geval hadden anderen dan altijd iets te lachen. (blz. 11)
De dag begint niet goed voor Tom, en de rest van de dag wordt het er niet beter op. Als hij ’s middags thuis komt stuurt zijn moeder hem naar de kelder om wat flessen drinken te halen. Tom vindt de kelder eng en gaat er liever niet heen. Als hij het licht aan wil doen knapt de gloeilamp. Het blijft donker in de kelder. En dan hoort Tom een vreemd geluid… Er zit een spook in de kelder! Zijn moeder en zus geloven hem niet. Gelukkig gelooft zijn oma het wel als Tom haar later die avond belt. Ze stuurt hem naar een vriendin van haar.
‘Thee!’ verkondigde Hedwig Kummelsap, met in haar hand een theepot zo plat als een ufo. De kop die ze over de spiegeltafel naar Tom toe schoof was ook rood. Tom schepte er vier lepels suiker in. Zo was de thee best lekker, maar door de hete damp besloeg Toms bril. Na de tweede slok was hij zo blind als een mol.
‘En?’ vroeg Hedwig Kummelsap. ‘Waar heb je mijn hulp bij nodig, jongeman?’
Tom poetste vlug zijn bril schoon en zette hem weer op zijn neus.
‘In onze kelder…’ hij zag in het spiegeltafelblad dat hij knalrood werd, ‘…in onze kelder zit een spook.’
‘Aha!’ zei zijn gastvrouw. ‘Mag ik vragen om welke soort het gaat?’
‘Om… om… welke soort?’ stamelde Tom.
‘Er bestaan een heleboel verschillende spoken,’ zei Hedwig Kummelsap. ‘Hoe ziet hij er precies uit?’
Tom staarde haar een tijdje verbluft aan.
‘Hij was wit, zeg maar,’ zegt hij uiteindelijk. ‘En hij had ijskoude vingers en gifgroene ogen en… en hij grijnsde heel afschuwelijk!’
‘Hoe groot was hij?’ vroeg Hedwig Kummelsap.
‘Best wel groot,’ zei Tom. ‘Hij kwam bijna tot aan het plafond!’
‘Dat is helemaal niet zo groot hoor,’ verklaarde mevrouw Kummelsap. ‘Er zijn spoken die makkelijk zo groot zijn als een flatgebouw. Heb je iets kleverigs op de grond zien liggen?’ (blz. 28)
Er zit dus echt een spook in hun kelder. Hij krijgt tips om de spook te verjagen. ’s Avonds, als zijn moeder en zus slapen, gaat Tom stiekem naar de kelder.
Daar. Een paar treden lager schemerde iets schimmelgroens voor de deur van huismeester Grootebroek.
Het kelderspook. Zo zeker als wat.
Tom kreeg kippenvel, ondanks de kruik onder zijn kleren. Een glinsterend slijmspoor liep over de donkere trap omhoog tot aan Grootebroeks deurmat, die helemaal onder het slijm zat en nog het meest op een uitgespuugd zuigtablet leek.
‘Ik sluip weer naar boven,’ dacht Tom. ‘Ik sluip nu muisstil weer naar boven. Die stomme Grootebroek ziet maar wat hij met dat ding doet. Het belangrijkste is dat het niet meer in onze kelder zit.’ Maar precies op dat moment, net toen hij zich om wilde draaien, keek het spook naar hem op.
Het spook sperde zijn gifgroene ogen open, werd minstens een meter groter en strekte zijn ijsvingers naar hem uit.
Tom begon zo te beven dat papa’s vest van zijn schouders gleed. ‘Nu ben ik er geweest,’ dacht hij, en hij kneep zijn ogen dicht. ‘Nu ben ik er geweest.’ (blz. 36)
Zal het hem lukken om het spook te verjagen?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Heb je het boek uitgelezen?
Ja
Wat vind je van het boek?
★★★★☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk
Welke steekwoorden passen bij het boek?
grappig, spannend
Hoe kom je aan het boek?
gekregen van de uitgeverij om er een recensie over te schrijven
Zitten er plaatjes (illustraties) in het boek?
Ja
Wat vind je van de plaatjes? Passen ze bij de tekst?
De illustraties zijn in kleur en ze laten zien hoe de spoken er uitzien en wat Tom allemaal doet. Ze passen goed bij het verhaal
Wat vind je leuk aan het boek?
Het is een grappig verhaal over een jongen die een spook in huis ziet en hem wil wegjagen
Wat vind je niet leuk aan het boek?
xx
Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
Nee
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Nee
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Zitten er moeilijke woorden in het boek?
Weet ik niet
Wil je het boek nog een keer lezen?
Weet ik niet
Voor wie zou dit een leuk boek zijn?
Voor kinderen vanaf 8 jaar die houden van een grappig en spannend verhaal