
Falco vertelt het verhaal van zijn leven: hoe hij werd geboren in de stad Duim, die zo ver weg ligt dat ze er nog nooit van auto’s of computers hebben gehoord. Hoe hij gestolen werd door een kinderdief en toch wist te ontsnappen. Hoe hij zo stinkend rijk is geworden. Maar ook hoe hij ruzie kreeg met Ekster, de dief der dieven. Een ruzie met een ongelofelijke afloop…
BoekinformatieSchrijver: Thijs Goverde
Titel: De jacht op de Meesterdief
Serie: De Meesterdief #2
Uitgeverij: Holland
Jaartal: 2007
Bladzijden: 144
Genre: sprookjes & fantasy
Leeftijd: 10+

Luister naar het begin van dit boek...
Of klik hier en ga naar het Youtube-kanaal van IkvindlezenleukHet verhaal in het kort
Ik ben geboren in de grootste stad van de wereld. Die stad wordt Duim genoemd en ze ligt zo ver weg, dat je er waarschijnlijk nog nooit van gehoord hebt. En je vrienden ook niet, en je vriendinnen niet en je ouders niet. Zelfs je juf of je meester niet.
Ergens in die geweldige stad is een akelig, ondergronds hol. Een heel diep hol, met talloze gangen. Sommige van die gangen zijn ingestort; andere kunnen ieder moment op je hoofd vallen, als je zo dom bent om erdoorheen te lopen. In andere gangen, waar je wel doorheen kunt, liggen stiekeme valkuilen en hekken en klemmen en spiesen. Levensgevaarlijk, voor wie de weg niet kent. Aan het eind van de onderste gang is een grote, grot-achtige zaal. Er hangen toortsen aan de muur en in het licht van die toortsen staat een troon te glimmen als goud. Maar hij is niet van goud; hij is bespijkerd met koperen muntjes, die twee keer per dag worden opgepoetst tot ze goudglimmend glanzen. Boven de troon hangen gordijnen. Niet van zijde of damast, maar van ouwe vodden en raggen.
Want dit is de troon van de koning der bedelaars. Vadsig als een ouwe pad zit hij daar. Zijn huid is grauw, want hij zit de hele dag in zijn zaal en de zon is hij vergeten. Hij is zo dik, dat hij niet eens uit zijn troon kan komen. Hij heeft vlooien en ziektes en beurse plekken. Dat hebben zijn lakeien allemaal ook en die hebben nog wel ergere dingen bovendien, want alleen de allerzieligste bedelaars mogen lakei van de koning worden. Ze zijn kreupel of getikt of allebei. Ze scharrelen door de zaal en mompelen warrig tegen zichzelf. Of ze zitten zich te krabben, stilletjes in een hoekje. Eigenlijk zijn het waardeloze lakeien. Je hebt er niks aan. Maar de koning houdt ze toch, want wie moet er anders voor hen zorgen? (blz. 123)
Falco vertelt in dit tweede boek over de Meesterdief verder over zijn leven en avonturen. De Meesterdief heeft alles van hem gestolen: zijn huis, zijn bezittingen. Falco wil wraak nemen. Hij wil de beste detective inhuren om hem te vinden, maar daar heeft hij veel geld voor nodig. Maar nu de Meesterdief alles van hem gestolen is, moet Falco eerst maar eens werk zoeken. Hij klopt aan bij de bedelkoning…
Het wonderlijke ding, dat ik ontdekte, was mijn grote talent voor het bedelen. Wat is daar zo wonderlijk aan, vraag je je waarschijnlijk af. Die Ekster had een talent voor het stelen – wat is er dan raar een bedeltalent?
Welnu, wat er raar aan was, is dit: ik hoefde mijn talent niet meer te oefenen. Ik kon alles al! En dat is zeer, zeer zeldzaam – zo niet onmogelijk. Ekster, de Algapper, had jarenlang les gehad van de afschuwelijke meester Jynx. En mijn eigen grote gaven als baron bloeiden pas op toen ik les had gekregen van de beste leraren van heel Duim, te weten de geleerde Aegolius en generaal Hendrik Houwdegen. Alle talenten moet je oefenen, ook de grootste. (blz. 129)
Falco blijkt erg goed te zijn in bedelen en verdient veel geld. Maar het grootste deel van dat geld moet hij aan de bedelkoning afgeven. Vandaar dat hij na een tijdje op zoek gaat naar een andere baan, dit keer als politieagent.
Ik boog beleefd en zei: ‘Ik zoek een baantje. Bij voorkeur iets waarbij ik dieven kan vangen.’
‘Dat treft,’ bromde de commissaris. ‘Want wij vangen hier dieven. Maar ‘t is moeilijk werk, hoor. Heb je het al eens eerder gedaan?’
‘Nee,’ moest ik toegeven. ‘Maar ik ben slim en sterk, dus ik zal eht snel onder de knie hebben.’
Hij keek me duister aan. Alsof hij me niet geloofde. Dat vond ik een belediging, want ik vertel nooit leugens dus mensen moeten mij altijd geloven. Met één hand tilde ik de commissaris met stoel en al van de grond en kwakte hem op zijn bureau. Daarna hief ik ook het bureau boven mijn hoofd.
‘Sterk ben je in ieder geval,’ piepte de commissaris. ‘Je krijgt je baantje, hoor. Zet me nu maar weer neer. Voorzichtig met het bureau, d’r zitten breekbare spullen in.’
Ik kreeg een uniformjas, een politiehelm en een wapenstok.
‘Een stok? Dit is waarschijnlijk een vergissing. Ik ben een van de beste zwaardvechters van Duim, moet u weten. Breng maar eens een sabel, dan zal ik u eens wat laten zien!’
‘Neenee,’ zei de commissaris haastig, ‘ik geloof je meteen. Maar zo zijn de regels: beginnende agenten krijgen een stok. Niets aan te doen. En nu vort met jou. Dieven vangen!’ (blz. 141)
Zal het Falco lukken om veel geld te verdienen en de grootste detective in te huren? Kan deze detective de Meesterdief vinden? Zal Falco wraak kunnen nemen? Wat voor avonturen maakt Falco ondertussen mee?
Mening over het boek
Recensie van Mathilde (ouder dan 18 jaar)
1. Heb je het boek uitgelezen?
Ja
2. Als je het boek niet hebt uitgelezen: waarom niet? Wat vond je niet leuk aan het boek?
3. Wat vind je van het boek?
★★★★☆
4. Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Ik vond de tekst op de achterkant leuk, Ik heb al andere boeken uit dezelfde serie gelezen
5. Welke steekwoorden passen bij het boek?
avontuurlijk, grappig, verrassend, zielig
6. Staan er tekeningen in het boek? Door wie zijn ze gemaakt? Vind je de tekeningen mooi? Passen de tekeningen bij het verhaal?
Nee
7. Wat vind je leuk aan het boek?
Het is een avonturenverhaal met een hoofdpersoon die ontzettend goed kan liegen en denkt hij dat hij geweldig is
8. Wat vind je niet leuk aan het boek?
xx
9. Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
Ik wil de hoofdpersoon ontmoeten
10. Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Dit is het tweede boek uit een serie van drie boeken
11. Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
12. Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil het volgende boek uit deze serie lezen
13. Voor wie zou dit een leuk boek zijn?
Voor kinderen vanaf 10 jaar die houden van grappige avonturenverhalen