
Wanneer Jacksons ouders hun vaste banen kwijtraken heeft het gezin steeds meer moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. Jacksons ouders zien geen andere oplossing dan een tijdje in een bestelbusje gaan wonen, zoals ze al eerder hebben gedaan. Jackson ziet daar enorm tegenop, maar hij durft er met niemand over te praten. Dan duikt Crenshaw op, de onzichtbare vriend die Jackson had toen hij zeven was. Crenshaw beweert dat hij teruggekomen is om Jackson te helpen. Maar wat heb je aan een onzichtbare kat op het moment dat je alles dreigt te verliezen wat belangrijk voor je is?

Over het verhaal
Aan de kat op de surfplank vielen me gekke dingen op.
Eén: hij was een kat op een surfplank.
Twee: hij droeg een T-shirt. Daarop stond: KATTEN ZIJN TOP, HONDEN ROT OP.
Drie: hij had een ingeklapte paraplu bij zich, alsof hij bang was dat hij nat zou worden. Wat eigenlijk een rare angst is als je gaat surfen.
Vier: blijkbaar zag niemand anders op het strand hem.
De kat had een mooie golf te pakken en surfte er soepen op los. Maar toen hij het strand naderde, was hij zo dom op de paraplu open te klappen. Een windvlaag rukte de kat de lucht in. Hij miste op een haar na een meeuw.
Zelfs de meeuw leek hem niet op te merken.
De kat zweefde boven mijn hoofd als een pluizige ballon. Ik keek recht omhoog. Hij keek recht omlaag. Hij zwaaide.
Hij had een zwart met witte vacht, als van een pinguïn. Hij had iets van iemand met een harige smoking die op weg was naar een chique bijeenkomst.
Ook had hij iets heel bekends.
‘Crenshaw,’ fluisterde ik. (blz. 11)
Jackson herkent de kat. Het is Crenshaw, zijn onzichtbare kattenvriend van vroeger. Jackson heeft geen idee waarom Crenshaw er weer is. Jackson is inmiddels 10 jaar. Hij woont samen met zijn zusje en ouders in een appartement. Zijn ouders vertellen de kinderen niets, maar die hebben wel door dat er geldproblemen zijn. Jackson hoorde zijn ouders tegen elkaar zeggen dat ze misschien maar weer voor een tijdje in de auto moeten gaan wonen. Net als drie jaar geleden…
Drie jaar geleden zag ik Crenshaw voor het eerst, aan het begin van de zomervakantie na groep drie.
Het was avond en onze auto stond op het parkeerterrein langs de snelweg. Ik lag op het gras bij een picknicktafel en keek hoe de sterren glinsterend opleefden aan de hemel.
Ik hoorde een geluid van skateboardwieltjes op grof asfalt. Ik hees me op mijn ellebogen. en ja hoor, een skater op een board werkte zich over het parkeerterrein heen. Ik zag meteen dat het een ongewoon type was.
Het was een zwart-witte, jonge kat. Hij was groot, groter dan ik. Zijn ogen hadden de sprankelende kleur van gras in de ochtend. Hij droeg een basketballpet van de San Francisco Giants.
Hij sprong van de plank en kwam op me af. Hij liep op twee benen, net als een mens.
‘Miauw,’ zei hij.
‘Miauw,’ antwoordde ik, want dat leek me beleefd.
Hij bukte zich en snuffelde aan mijn haar. ‘Heb je soms paarse jellybeans?’
Ik sprong overeind. Hij bofte. Er zaten toevallig twee paarse jellybeans in de zak van mijn spijkerbroek.
Ze waren een beetje klef, maar we aten er allebei eentje op.
Ik vertelde de kat dat ik Jackson heette.
Hij zei: ‘Ja, natuurlijk.’
Ik vroeg hem hoe hij heette.
Hij vroeg hoe ik wilde dat hij heette.
Dat was een verrassende vraag. Maar ik was er al achter dat hij een verrassende figuur was.
Ik dacht een tijdje na. Het was een zware beslissing.
Mensen vinden namen belangrijk.
Op het laatst zei ik: ‘Crenshaw is wel een goede naam voor een kat, denk ik.’
Hij glimlachte niet, want dat doen katten niet. Maar ik kon aan hem merken dat hij de naam leuk vond.
‘Dan heet ik Crenshaw,’ zei hij. (blz. 29)
En nu is Crenshaw dus terug. Jackson doet zijn best om hem te negeren. Op een avond zit Crenshaw in de badkamer in een badkuip gevuld met schuim. Jackson probeert hem snel het huis uit te krijgen. Maar Crenshaw komt steeds weer terug. Jackson vindt hem zelfs slapend in zijn bed…
Crenshaw deed zijn andere oog ook open. ‘Maar je hebt me hier nodig.’
‘Helemaal niet. Ik heb al genoeg aan mijn hoofd.’
Met groot vertoon van moeite kwam Crenshaw overeind. Hij rekte zich uit en kromde zijn rug in een omgekeerde U. ‘Ik geloof dat je niet doorhebt waar het om gaat, Jackson,’ zei hij. ‘Denkbeeldige vrienden komen niet uit zichzelf opdagen. Wij worden geroepen. We blijven zolang het nodig is. Een pas daarna, dán pas, vertrekken we weer.’
‘Nou, ik heb jou anders niet geroepen.’
Crenshaw wierp me een bedenkelijke blik toe. Zijn lange, borstelige wenkbrauwen bewogen als touwtjes aan een marionet.
Ik deed een stap naar hem toe. ‘Als je niet uit jezelf gaat, dwing ik je.’
Ik legde mijn armen om zijn middel en trok. Het was alsof je een leeuw omarmde. Die kat woog een ton.
Crenshaw zette zijn nagels diep in de lappendeken die mijn oudtante Trudy gemaakt heeft toen ik een baby was. Ik gaf het op en liet hem los.
‘Hoor eens,’ zei Crenshaw, en hij haalde zijn nagels uit mijn lappendeken, ‘ik kan pas vertrekken als ik je geholpen heb. Die regels heb ík niet bedacht.’
‘Wie dan wel?’
Crenshaw keek me strak aan met zijn ogen als groene knikkers. Hij zette zijn voorpoten op mijn schouders. Hij rook naar badschuim, kattenkruid en de oceaan in de nacht.
‘Jij, Jackson,’ zei hij. ‘Jíj hebt de regels bedacht.’
In de verte loeide een misthoorn. Ik wees naar het raam. ‘Ik heb van niemand nodig. En een denkbeeldige vriend heb ik al helemaal niet nodig. Ik ben geen klein kind meer.’ (blz. 84)
Waarom is Crenshaw teruggekomen? Wat kan Jackson doen om hem weg te jagen? Hoe gaat het met de geldproblemen van zijn ouders?
Mening over het boek
Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
1. Wat vind je van het boek?
★★★★☆
2. Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk, ik heb het boek van de uitgeverij gekregen om er een recensie over te schrijven
3. Welke steekwoorden passen bij het boek?
fascinerend, ontroerend, verrassend, zielig
4. Staan er tekeningen in het boek? Wie heeft ze gemaakt?
Er staan kleine zwartwit tekeningen van een kat. Onbekend door wie ze zijn gemaakt
5. Wat vind je van de tekeningen? Passen ze bij het verhaal?
Het is alleen versiering
6. Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
7. Waar gaat het verhaal over?
zie hierboven
8. Wie is de hoofdpersoon?
Jackson is de hoofdpersoon
9. Is er iemand uit het boek die je in het echt zou willen ontmoeten? Wat zou je dan samen gaan doen?
Ik wil Crenshaw ontmoeten
10. In welke tijd speelt het verhaal zich af?
Nu
11. Waar speelt het verhaal zich af?
In en rond het huis waar Jackson met zijn ouders en zusje woont
12. Waarom moeten andere kinderen dit boek lezen?
Het is een zielig, maar mooi verhaal over Jackson en zijn onzichtbare vriend Crenshaw
13. Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Dit verhaal laat zien dat kinderen meer begrijpen van de problemen van hun ouders dan zij denken. En dat ze er niet zieliger van worden als er met ze gepraat wordt. Het verhaal laat ook zien hoe belangrijk vriendschap is.
14. Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil het boek misschien nog een keer lezen, Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen