Voor Vincent is school net als survivallen: je weet nooit precies wanneer je welke ramp kunt verwachten, dus je kunt je maar beter goed voorbereiden. Hij kent het SAS Survival Handboek dan ook uit zijn hoofd. En hij heeft altijd een blikje met handige survivalspullen bij zich. Maar het ergste moet nog komen: schoolkamp. Hij heeft nog zeven dagen om zich voor te bereiden. Dan komt er een nieuw meisje bij hem in de klas, De Jas, en dat verandert alles…

knop meer info over boek

Over het verhaal

Het is donker.
Zo donker dat ik niet eens mezelf kan zien. Ik ben ergens middenin in een bos. Ik zit op de grond en voel koude stenen onder mijn billen.
Het bos is vol geluiden. Vlakbij hoor ik water stromen. Geritsel. Brekende takken. De wind, die van heel ver over de boomtoppen komt aanrollen. Dichter- en dichterbij. Harder en harder, en dan raast hij over me heen, als een golf die omslaat in de branding. Vlak daarna een schreeuw, misschien van een vogel of van een vos.
Met gespitste oren luister ik naar alle geluiden. Ik wacht gespannen, klaar om opnieuw op te springen en verder te rennen. Al heb ik geen idee waarheen. Ik adem alsof ik te lang onder water ben gebleven, en ik geloof dat ik ergens pijn heb. Tegen beter weten in tuur ik om me heen. Als er mensen in de buurt zijn, dan hoop ik dat ze net zo weinig zien als ik.
Ver weg hoor ik de wind opnieuw diep inademen, en even later blaast hij over me heen.
Op mijn vlucht hiernaartoe ben ik over takken gestruikeld en in kuilen gevallen. Mijn kleren zijn nat van de bladeren en varens die tegen me aan sloegen, en mijn armen zitten onder schrammen.
Ik ben alleen, en om eerlijk te zijn: ik ben bang. Dus praat ik tegen mezelf. Ik fluister in het donker: ‘Ik ben Vincent. Ik ben elf jaar. Ik heb een vader en een moeder. Ik woon in Rotterdam. Ik ben Vincent. Elf jaar. Ik zit in groep 8.’ Ik blijf tegen mezelf praten, omdat het helpt. Het is goed om een stem te horen, al is het die van mezelf. Ik voel me even minder alleen.
Zijn ze me aan het zoeken? Zijn ze dichtbij? (blz. 5)

Vincent zit in groep 8. Binnenkort gaan ze met de hele klas op schoolkamp. Vincent heeft daar totaal geen zin in. Hij wordt gepest, al jaren.

Ik kan me niet herinneren hoe het begon.
Ik vond andere kinderen altijd een beetje eng. Soms speelde ik met de kinderen in de straat. We fietsten op het pleintje. Dat was niet eng. Mijn ouders waren vlakbij. Ik kon naar huis gaan als ik wilde. Ik heb superlieve ouders. Ze worden nooit boos. Ik ving graag pissebedden en slakken, en na ze mee naar huis in een doosje. Sommige kinderen vonden dat raar.
Ik weet niet wat er eerder begon: dat ik me anders voelde, of dat ze anders tegen me deden. Op alle foto’s uit die tijd sta ik met grote ogen. Ik keek alleen maar naar de anderen, en wist niet hoe ik mee moest doen. Dat bleef zo toen ik naar de basisschool ging. En natuurlijk duurde het niet lang voor ze het merkten. Ze roken het, zoals wolven met hun ogen dicht een spoor kunnen volgen. Ze begonnen dingen te zeggen. Het ging niet meteen mis. Pas toen ik zeven jaar was, werden ze gemener. Ze zeiden dat ik stonk en dat mijn kleren lelijk waren. En ik had natuurlijk kunnen zeggen: hou je bek en kijk naar jezelf, gekke, ranzige smeeraap.
Dat had gekund. Maar dat deed ik niet. Bij mij thuis zeggen we nooit zulke dingen. (blz. 25)

Vincents ouders weten niet dat Vincent gepest wordt. De enige die het weet is Charlotte, de oppas. Maar dan komt er een nieuw meisje in de klas en ze besteedt aandacht aan Vincent. Ze vraagt hem van alles en samen gaan ze in de pauze naar buiten.

In de kleine pauze blijf ik naast haar staan. Ik doe het gewoon. Triomfantelijk sta ik midden op het grote plein. Ze slaat haar arm om mijn schouders. Ze lacht naar me. En ik sta stijf rechtop, en zie hoe de anderen naar mij kijken. De dieren zijn nergens te bekennen. De worm zit waarschijnlijk ergens diep onder de grond en de eekhoorn op een tak met zijn pootjes voor zijn ogen geslagen. De kinderen staan om De Jas heen. Iedereen wil met haar praten. Ze is nieuw, ze kan vier talen spreken, en ze kan surfen.
‘Praat eens Portugees?’ vragen ze.
Ze zegt dingen die klinken als dronken bijen, het zoemt en het zingt. Dat is Portugees. Ze lachen. Maar ze lachen haar niet uit.
‘Weet je wat ik zei?’ vraagt ze als we weer in de klas zitten.
Ik schud mijn hoofd.
‘Ik zei dat ze me niet zo dom moeten aangapen maar zelf een taal moeten leren, want zo moeilijk is dat helemaal niet.’
De dieren, die blijkbaar weer tevoorschijn durfden te komen, lachen hard, maar ik geloof mijn oren niet. Maakt ze de anderen nou belachelijk? (blz. 44)

Vincent is dolblij. Hij heeft eindelijk een vriend. Zelfs als hij na schooltijd naar huis loopt gebeurt er niets. Normaal gesproken wordt hij door Dilan en Stephan uit zijn klas onderweg aangevallen. Ze pakken dan zijn lunchtrommel af en duwen hem op de grond. Ze zijn nu nergens te zien. Zou het pesten eindelijk over zijn? Heeft Vincent echt een vriend gevonden? Wordt het toch een leuk schoolkamp dit jaar?


Luister naar het begin van dit boek…

Of klik hier en ga naar het Youtube-kanaal van Ikvindlezenleuk

Mening over het boek

Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
Geleend bij de bibliotheek
Wat vind je van het boek?
★★★★☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk, dit boek is een kerntitel voor Kinderboekenweek 2018
Welke steekwoorden passen bij het boek?
spannend, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt?
Er staan kleine illustraties aan het begin van een hoofdstuk. Ze zijn gemaakt door Maartje Kuiper

illustratie uit Enne Koens - Ik ben Vincent en ik ben niet bang

Wat vind je van de illustraties? Passen ze bij het verhaal?
De illustraties zijn alleen versiering
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Waar gaat het verhaal over?
Zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
De hoofdpersoon is Vincent
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
Nee, ik wil niemand ontmoeten
In welke tijd speelt het verhaal zich af?
Nu
Waar speelt het verhaal zich af?
Het verhaal speelt zich af op school en op schoolkamp
Waarom moeten anderen dit boek lezen?
Het is een verhaal over pesten, maar dat verandert als Vincent een nieuwe klasgenoot krijgt. Of niet? 
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Nee
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen

Geef een antwoord