Amsterdam 1911/1912 Clara is het allereerste krantenmeisje van het land geworden! Ze is de hele dag op straat en schrijft ook stukjes voor de krant. Maar niet alles loopt op rolletjes. Zij en haar beste vriend Koos groeien uit elkaar, en op een koude winterse dag gebeurt er thuis iets vreselijks. En dan blijkt Clara’s moeder ook nog eens geheimen te hebben…

kno meer info over boek

Over het verhaal

De muts die Clara een paar dagen geleden voor haar verjaardag van tante Boes heeft gekregen, is doorweekt. Regendruppels glijden over haar voorhoofd en druipen in haar wimpers. Dat het nu net op de eerste dag van haar baantje als krantenmeisje zo moet regenen. Gelukkig ziet ze een stukje verderop het Centraal Station al liggen. Dat wordt voorlopig haar standplaats, had meneer Kraakijzer vanmorgen gezegd.
De wijzers van de stationsklok staan op half zeven. Om half zes had ze al naast haar bed gestaan. Haar moeder had pap voor haar gemaakt. ‘Kind toch,’ had ze met een zorgelijk gezicht gezegd. ‘Dit is toch geen weer.’
‘Jawel, hoor,’ reageerde Clara dapper. ‘Het is wel weer: prutweer.’ Ze had een aai over haar hoofd gekregen. ‘Laat je niet op je kop zitten, hè?’ (blz. 7)

Clara moest van school, omdat ze haar moeder moet helpen om voldoende geld te verdienen om van te leven. Ze vindt een baantje als krantenbezorger. Vandaag is haar eerste dag. Ze heeft een zware tas met kranten bij zich en zoekt een plekje op het Centraal Station.

Met een zucht zet ze haar pet op en meteen stapt er een vrouw in een lange donkerblauwe mantel op haar af. ‘Verkoop jij de krant?’ Haar stem klinkt verbaasd.
Clara knikt.
‘Een krantenmeisje, hè?’ Ze zegt het op een toon alsof het haar wel bevalt een meisje aan te treffen, in plaats van een jongen.
‘Het is vandaag mijn eerste dag, mevrouw,’ legt Clara uit. Ik kan het maar beter meteen eerlijk zeggen, denkt ze. Misschien dat mensen me dan juist wat gunnen.
Bij deze mevrouw lijkt dat de juiste tactiek te zijn. ‘Mag ik er een van je?’ vraagt ze.
Clara pakt een Courant uit de tas. ‘Vijf cent alstublieft.’
De vrouw geeft haar een stuiver.
‘Mag ik je een advies geven?’ zegt ze dan. ‘Ga niet zo in een hoekje staan. Je moet duidelijk zichtbaar zijn. Midden in de hal is een betere plek.’ (blz. 12)

Mensen zijn niet gewend dat de krantenverkoper een meisje is en daarom wordt Clara veel aangegaapt. Maar ze doet haar werk goed en als het half één is heeft ze al haar kranten verkocht. Ze is trots op zichzelf. Clara merkt al snel dat ze het leuk vind om kranten te verkopen. Ze maakt ook kennis met allerlei mensen.

Er komt een jongen op een bezorgfiets aan gesjeesd. Hij draagt een pet en er staat een gezonde blos op zijn wangen. De mand voor op de fiets is met geel zeildoek overtrokken. Brandt staat er met rode letters op. Nu herkent ze hem: het is Sjaak, die haar en Koos heeft geholpen in de koffie- en thee-handel van Brandt. Hij remt hard af.
‘Zag ik jou nou uit dat kantoortje van De Courant komen?’
‘Ja.’
‘Heb je een krant gekocht?’
‘Nee, ik werk als krantenmeisje.’
‘Als wat?’
‘Kran-ten-meis-je. Ik sta met kranten bij het station.’
Sjaak kijkt haar verbluft aan, zoals bijna alle mensen haar soms nog steeds met open mond aangapen. Ze is kennelijk nog een bezienswaardigheid, net als de donkere man die zij zelf had aangegaapt.
Gelukkig reageert Sjaak niet zo bot als de meeste jongens. Integendeel, hij zegt: ‘Wat knap dat je dat kan, en durft.’
‘Zo moeilijk is het niet, hoor. Als niet al te slimme jongens het kunnen, dan kan ik het zeker.’ (blz. 48)

Vanaf deze dag komt Clara Sjaak vaker tegen en ze praten altijd even. Ze worden vrienden. Tijdens het verkopen van kranten houdt Clara haar ogen open, want ze kan wat extra geld verdienen als ze nieuws aanbrengt voor de krant. De eerste keer dat ze dit kan doen is als ze een man op het station ziet met een koffer en twee jongens. De jongens blijken zakkenrollers te zijn…

Clara doet haar werk goed en krijgt op een gegeven moment een krantenwijk. Dat betekent dat ze kranten bij mensen thuis bezorgd in plaats van proberen om mensen een krant te verkopen.

In haar bezorgwijk zijn de huizen gelukkig heel wat netter. Hier wonen mensen die kunnen lezen en schrijven en die genoeg geld hebben om een abonnement te kunnen betalen. Clara pakt de lijst met adressen erbij. Lang niet overal is een brievenbus en ze moet vaak aanbellen of aankloppen om de krant af te geven. Bijna overal wordt ze vreemd aangekeken.
‘Wat ben je laat!’ zegt een vrouw in haar ochtendjas. ‘O ja, een meid kan natuurlijk niet zo hard lopen als een jongen.’
Clara probeert zich er niks van aan te trekken. ‘Ik ben vandaag voor het eerst, mevrouw. Ik ken de adressen nog niet uit mijn hoofd.’
‘Leer ze dan maar gauw,’ snauwt de vrouw haar toe en knalt de deur voor Clara’s neus dicht.
In café De Blauwe Olifant staat een boom van een vent met een druipsnor achter de tap.
‘Krijg nou wat!’ roept hij. ‘Een mooi meisje dat de krant brengt.’
Clara bloost ervan. (blz. 81)

Het rondbrengen van kranten in een vaste wijk kost in het begin wat moeite, maar al snel gaat het goed. Clara komt leuke en minder leuke mensen tegen en ze vindt het fijn om met mensen te praten. Blijft Clara haar werk leuk vinden? Hoe gaat het thuis bij Clara? Hoe gaat het met de vriendschap met Sjaak?

Mening over het boek

Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
gekregen als recensieboek van de uitgeverij
Wat vind je van het boek?
★★★★☆
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk, Ik heb al andere boeken uit dezelfde serie gelezen
Welke steekwoorden passen bij het boek?
avontuurlijk, fascinerend, realistisch, romantisch, verrassend, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt? Wat vind je van de illustraties?
Aan het begin van elk hoofdstuk staat een kleine zwart-wit illustratie, getekend door Natascha Stenvert
Is het boek moeilijk of gemakkelijk te lezen?
Gemiddeld
Waar gaat het verhaal over?
zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
De hoofdpersoon is Clara
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
ik wil Clara ontmoeten, want ze lijkt me een leuk meisje
Waar speelt het verhaal zich af?
het verhaal speelt zich af in Amsterdam
Wat vind je leuk aan dit boek?
Ik vind het leuk dat Clara als eerste meisje kranten gaat verkopen. Ze laat zich niet op de kop zitten door wat andere mensen denken
Wat vind je niet leuk aan dit boek?
Ik vind het niet leuk dat Clara in een best arm gezin opgroeit en daardoor van school moest
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
Dit is het tweede deel van een trilogie en ik ben benieuwd hoe het verhaal van Clara verder gaat
Voor wie zou dit een leuk boek zijn?
Voor kinderen vanaf 10 jaar die houden van een realistisch en avontuurlijk verhaal met een hoofdpersoon die haar eigen plek in de wereld zoekt
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ik wil het boek misschien nog een keer lezen, Ik wil het volgende boek uit deze serie lezen