Welk boek wil jij deze zomer lezen? (2023): Annelies Jorna
Welk boek wil jij deze zomer lezen? Deze vraag stelde ik aan schrijvers, illustratoren, vertalers, uitgevers, leesbevorderaars en lezers. Dit mag van alles zijn: een jeugdboek, een roman of een non-fictieboek. Tijdens zomerlezen, in juli en augustus, zal elke werkdag iemand anders deze vraag beantwoorden. Het overzicht met alle antwoorden vind je op deze pagina.
Vandaag geeft vertaler Annelies Jorna antwoord op de vraag ‘Welk boek wil jij deze zomer lezen?’.
- boeken op Ikvindlezenleuk | boeken op IkvindlezenNIETleuk | geen website
Dit boek wil ik deze zomer lezen
De boeken die ik deze zomer wil lezen:
Het bejubelde en met prijzen overladen ‘Het lied van ooievaar en dromedaris’ van Anjet Daanje. Het schijnt deels geïnspireerd te zijn op leven en werk van Emily Brontë, dus ja, dan moet ik wel. Volgens een vriendin – die het boek me binnenkort brengt – zal ik er de hele verdere zomer zoet mee zijn, ‘want het vergt al je concentratie’. Omdat ik toch niet écht geloof dat ik aan één boek genoeg heb, ga ik onverdroten verder met mijn wensen:
‘Meisjes uit het dorp’ van Marion Bloem. Een titel die me intrigeert: ik heb lang in een klein dorp gewoond. Het is het derde deel van een trilogie. Eén recensie sprak van een ‘brij van herinneringen’ en dat spreekt mij, in tegenstelling tot die recensent, wél aan. Gereserveerd bij de bieb, omdat een veellezer niet álles zelf kan kopen.
Joke van Leeuwen: ‘Ik dacht dat jij’. Onaffe zinnen als titel, ze vallen me tegenwoordig vaker op, maar als de schrijver Joke van Leeuwen is kan niets mij tegenhouden.
Uit de enorme hoeveelheid redelijk recente jongerenboeken in ieder geval:
‘De poppenspeler van Lampedusa’ van Rindert Kromhout. En snuffelend in de bieb kom ik vast nog veel meer tegen, als lezer word ik hebberig in een bieb – en doe ik soms ontdekkingen.
Zojuist las ik dat er een tweede Davide Morosinotto uit is: ‘De laatste jager’. Deze schrijver en zijn vertalers Manon Smits en Pieter van der Drift staan garant voor veel leesgenot. Hun eerste Morosinotto, ‘De allergrootste’ is genomineerd voor de Filter Vertaalprijs – uitslag 3 oktober pas. Nou vooruit, als aanraders ook de andere genomineerde vertalingen: ‘Jefferson’ van Jean-Claude Mourlevat, vertaald door Lies Lavrijsen & Els Dumez-Blocken, ‘Ghost’ van Jason Reynolds vertaald door Maria Postema, ‘Gele kajak’ van Nina Laden vertaald door Edward van de Vendel, en ‘De wachters van Wildzee’ van Philip Reeve vertaald door (jawel:) mijzelf. Allemaal aanraders!
PS Terwijl ik dit schrijf (16 juli), werd bekend dat Marga Minco op 103-jarige leeftijd is overleden. De schrijfster van een klein, maar groots oeuvre dat getekend werd door de oorlog. Ergens in huis schuilt sinds mijn schooltijd natuurlijk haar ‘Het bitter kruid’, maar ook ander werk van Minco. Dat wordt mijn herleesproject: een eerbetoon.
Over het boek
klik op een boekomslag voor meer informatie over het boek
Anjet Daanje – Het lied van ooievaar en dromedaris
Eliza May Drayden, het hoofdpersonage van ‘Het lied van ooievaar en dromedaris’, is al dood als de roman in het jaar 1847 in het Yorkshire dorpje Bridge Fowling begint. Ieder volgend hoofdstuk schuift ten opzichte van het voorgaande een stukje op in de tijd, totdat het verhaal in het elfde hoofdstuk in onze huidige tijd is aangeland. De roman vertelt dan ook niet over Eliza May Draydens leven, maar over haar roerige leven na de dood. De lezer leert Eliza May kennen via de levens van anderen, en via biografieën en verhandelingen over haar, want zij was de schrijfster van een uitzonderlijke roman, die tijdens haar leven werd verguisd, maar die in de loop van 170 jaar door steeds meer lezers als een meesterwerk wordt gezien. Over haar leven is bitter weinig bekend, de omstandigheden waaronder ze stierf zijn een mysterie, en naast haar roman is de enige tekst die ze heeft nagelaten een aantekenboekje met daarin geheimzinnige tekeningen, gedichten en tabellen.
Davide Morosinotto – De laatste jager
Noord-Amerika, zo’n 10.000 jaar geleden. Na een vreselijke bosbrand verliezen Roqi en zijn vrienden alles wat hen dierbaar is. Hun kamp, hun familie, hun stam. Helemaal alleen moeten ze de wildernis in, op zoek naar eten en bescherming tegen hongerige roofdieren, op zoek naar een nieuwe stam. Het wordt een overlevingstocht waarbij Roqi eindelijk ook zijn unieke talent ontdekt, maar waarbij ook meedogenloze keuzes gemaakt moeten worden…
Joke van Leeuwen – Ik dacht dat jij
Hoe overtuigd kun je van jezelf zijn? En hoe manipulatief in de liefde? In Ik dacht dat jij geeft Joke van Leeuwen een eigen stem aan een man die op zoek wil gaan naar zijn dochter, die hij vanaf haar zevende niet meer heeft gezien, en met machteloze macht probeert zijn vrouw lief te hebben. Hij lijkt zichzelf ervan te willen overtuigen dat hij met reden woedend en jaloers kan worden, en dat terwijl hij haar regelmatig toevertrouwt zoveel van haar te houden. En ze kunnen toch lachen samen? Nou dan.
Marga Minco – Het bittere kruid
In 1957 verscheen Marga Minco’s romandebuut Het bittere kruid, een boek dat zowel in Nederland als daarbuiten grote weerklank vond en waarvoor zij de Vijverberg-prijs ontving. Het boek maakt veel indruk, vooral door de sobere stijl. Zonder grote woorden is het in de details zeer ontroerend. Steeds voelbaarder worden voor de jonge hoofdpersoon en haar familie de anti-joodse maatregelen van de Duitsers. Maar Minco toont ook dat het bedreigende van sommige maatregelen niet altijd direct tot de mensen doordrong.
Marion Bloem – Meisjes uit het dorp
Tegen het decor van het dorp in de jaren vijftig en zestig, herinnert Ramona zich haar puberteit, jonge hartstocht, en de onverwerkte trauma’s van haar ouders. Koos ze voor loyaliteit voor familie of voor vriendschap, en hoe balanceerde ze tussen aanpassing en behoud van eigenheid? Haar oudere zus wist zich voortdurend te omringen met vriendinnen, zelf had ze pen en papier als toevlucht. Ze schrijft over zusjesliefde en meisjesvriendschap in de tijd waarin een tv bijzonder was, de anticonceptiepil nog niet beschikbaar, maar flowerpower al wel geproefd. Een periode waarin haar ouders zich soms afvroegen of de vlucht naar Nederland wel de juiste keuze was geweest.
Rindert Kromhout – De poppenspeler van Lampedusa
Rome, 1948. De achttienjarige Matteo wil acteur worden. Hij is regelmatig te vinden in het kunstenaarscafé Della Pace, waar hij mensen uit de filmwereld treft, zoals de innemende acteur Marcello Mastroianni en de jonge regisseur Federico Fellini. Van hun wereld wil Matteo dolgraag deel uitmaken. De felle politieke discussies thuis gaan grotendeels langs hem heen. Hij heeft andere dingen aan zijn hoofd: zijn ambities, zijn intieme en verwarrende vriendschap met de verleidelijke Davide. Maar dan overkomt hem iets dat al zijn toekomstplannen op losse schroeven zet, want Rome is nog lang niet over de oorlog heen…