Pieter Koolwijk – Missie afbreken (1e recensie)

Over het verhaal

De wereld is net een speeltuin. Eentje met kleuren dan een regenboog. Blauwe lucht met witte wolkjes. Groene bladeren, wapperend in de wind. Bruine takken die rustig heen en weer wiegen. De rode auto waar ik me achter verschuil. Het felgele tuinhekje een stuk verderop. En de paarse voordeur.
De voordeur van Gerda.
Gelukkig zit ik hier niet alleen. Ik heb mijn twee allerbeste vrienden bij me. Ties en Luna. Ties is mijn broertje en hem ken ik al sinds hij een roze baby is. Een roze baby met een gigantisch huiolhoofd. Luna ken ik veel minder lang. Een jaar? Een week? Geen idee. Ik vind tijd maar raar. Ik snap niet zoveel van uren, minuten en eeuwen. We zijn in ieder geval wel samen op vakantie geweest. En als je dat doet, ben je supergoede vrienden. Dat is goed met een superheldencape om. (blz. 7)

Gozert, Ties en Luna zijn vrienden en ze beleven samen avonturen. Vooral Gozert is dol op avonturen. Maar Ties en Luna hebben steeds vakere andere dingen te doen. Als Ties en Luna geen tijd voor hem hebben gaat Gozert alleen op zoek naar een avontuur.

In mijn superheldenpak zoef ik tussen de auto’s door. Gele. Rode. Zwarte. Blauwe. Ze zijn veel kleurrijker dan de mensen die erin zitten. Die dragen vooral grijs en zwart. Soms een beetje donkerblauw. Toch is dat niet waarom ik ze saai vind. Dat komt door wat ze uitstralen. Ze kijken verveeld. Zuchten de hele tijd. Lachen niet. Een enkeling tikt afwezig mee op de maat van de muziek en een ander peutert in zijn neus omdat hij denkt dat niemand hem ziet.
Ik wil.
Waar de auto’s rechts- of linksaf slaan, vlieg ik rechtdoor en land ik vlak voor de muur van een enorm kantoorpand. Ik stop niet. Nee, ik ren. Zo had als ik kan. Eerst over de stoep en daarna kaarsrecht tegen de muur omhoog, over alle spiegelende ramen. Kleuren zoeven om me heen. Rood, oranje, geel. Stukjes regenboog, dansend en dan weer uit elkaar spattend. Ik ren hoger en hoger, helemaal naar de top van het gigantische gebouw, en daar zet ik me af. Achterover. Heel even lijkt de tijd stil te staan. Geen suizende wind. Geen schreeuwende meeuwen. Geen toeterende auto’s. Alleen ik, stil hangend in de lucht.
De wereld even op pauze. (blz. 19)

Bij een van zijn avonturen komt Gozert in een supermarkt. Er is niemand aanwezig. Maar dan ziet Gozert opeens vlakbij iets zitten. Er zit een man op de grond, in een trainingspak. De man staart voor zich uit. Hij heeft geen kleur. Als de man in Gozerts kleurenbubbel komt begint hij kleur te krijgen. Ook begint hij te bewegen.

Ik ga naast hem op de grond zitten. ‘Ben jij net zoals ik?’
Wes haalt zijn schouders op. ‘Ik denk het?’
Het is ook best een moeilijke vraag. Ik ben ook zoveel. Hij is in ieder geval niet de broer van Ties. ‘Heb je een eigen mens?’ vraag ik dan.
Wes schudt zijn kale hoofd. ‘Niet meer.’ Het is alsof er een sombere mist over hem neerdaalt. ‘Ze is weg.’
‘Weg?’ Ik kijk hem vragend aan. ‘Wat is er dan gebeurd?’
‘Gewoon. Ze ging verder met haar leven.’ De kleuren in zijn trainingspak zijn nu feller dan ooit. Het jasje doet bijna pijn aan mijn ogen. ‘Eerst ging ik harder mijn best doen. Meer aandacht vragen. Nieuwe dansjes bedenken. Uiteindelijk werkte het allemaal niet. Ze gleed steeds verder bij me weg. Kleuren verdwenen. Het leven doodde langzaam uit om me heen. En… En nu zit ik met jou te praten.’
‘O…’ Ik vind dit niet leuk. Helemaal niet leuk. Ik weet hoe het is als alle kleur verdwijnt. Maar ik wist niet dat dit kon gebeuren. Als lege huls voor je uit zitten staren. (blz. 45)

Ties en Luna wonen al een tijdje niet meer in Huize Hoopvol, maar er wonen daar nog steeds kinderen. Ze vertellen over hun ervaringen in Huize Hoopvol en gaan zelfs een keer op bezoek.

Er is iets veranderd. Ik weet niet zo goed wat, maar sinds Ties en Luna weer in Huize Hopeloos zijn geweest, ben ik niet meer dezelfde. De buitenkant is oké. Denk ik. Ties hoor ik er in ieder geval niet over. Hij zegt niet dat ik mistig ben, of onscherp. Maar verder klopt er niets meer van me. Niet van mijn gedachten, niet van mijn bubbel en niet van wie ik ben.
Het is plotseling heel erg hard gaan waaien. Ik ben een klein eilandje in een grauwe oceaan, terwijl het vloed begint te worden. En dat allemaal door dat stomme tehuis. Steeds als ik daarmee te maken krijgen, gaat het mis. Dan begint mijn bubbel te barsten. Dan ga ik kopje-onder.
Dit is niet goed.
Echt niet goed.
Toch vertel ik het niet aan Ties, of aan Luna. Ik wil niet dat ze zich zorgen maken. Luna heeft al genoeg aan haar hoofd. Genoeg zorgen. Genoeg vlekken. En Ties moet een fijn leven hebben, vol vrolijkheid. Dat is mijn echte missie.
Geen tranen voor Ties. (blz. 61)

Wat gaat er met Huize Hoopvol gebeuren? Moeten Ties en Luna hier weer naartoe? Wat gebeurt er met Gozert?

Mening over het boek

Recensie van Ikvindlezenleuk (Mathilde) (ouder dan 18 jaar)
Hoe kom je aan het boek?
recensieboek gekregen van uitgeverij Lemniscaat
Wat vind je van het boek?
★★★★★
Waarom heb je dit boek uitgekozen om te lezen?
Het boek heeft een mooie voorkant, Ik vond de tekst op de achterkant leuk, Ik heb al andere boeken van deze schrijver gelezen, Ik heb al andere boeken uit dezelfde serie gelezen
Welke steekwoorden passen bij het boek?
geheimzinnig, grappig, ontroerend, realistisch, verrassend, vrolijk, zielig
Staan er illustraties in het boek? Wie heeft ze gemaakt? Wat vind je van de illustraties?
De gekleurde illustraties zijn gemaakt door Linde Faas en ze laten dingen uit het verhaal zien. De illustraties laten ook heel goed zien hoe Gozert zich voelt. Er zijn meerdere illustraties die ik wel aan mijn muur zou willen hangen.

Waar gaat het verhaal over?
zie hierboven
Wie is de hoofdpersoon?
Gozert is de hoofdpersoon
Zou je iemand uit het verhaal willen ontmoeten? Waarom? En wat zou je dan gaan doen?
Ik wil Gozert ontmoeten
Waar speelt het verhaal zich af?
in de stad waar Gozert woont
Wat vind je leuk aan dit boek?
Het is een ontroerend en mooi verhaal over vriendschap. Het is lang geleden dat ik zo heb gehuild tijdens het lezen van een boek. De illustraties zijn ook erg mooi en passen heel goed bij de sfeer van het verhaal.
Wat vind je niet leuk aan dit boek?
ik vind het niet leuk dat Gozert zich alleen voelt
Wil je nog iets anders vertellen over het boek?
dit is het derde en laatste deel over Gozert, Ties en Luna
Voor wie zou dit een leuk boek zijn?
voor kinderen vanaf 10 jaar die houden van mooie verhalen
Wil je het boek nog een keer lezen?
Ja, ik wil het boek nog een keer lezen, Ik wil andere boeken van deze schrijver lezen

Meer informatie over dit boek